Type plan: beheersverordening
Naam van het plan: Nieuwenhagen-Lichtenberg
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.0882.BVLICHTENBERG02001-VG01

Artikel 9 Maatschappelijk

9.1 Bestemmingsomschrijving
 
De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
  1. maatschappelijke doeleinden;
en tevens voor:
  1. een pastorie, uitsluitend ter plaatse van het op de illustratie aangegeven besluitsubvlak 'specifieke vorm van maatschappelijk - pastorie' (sm-p);
  2. een begraafplaats, uitsluitend ter plaatse van het op de illustratie aangegeven besluitsubvlak 'begraafplaats' (bp);
  3. een scouting, uitsluitend ter plaatse van het op de illustratie aangegeven besluitsubvlak 'specifieke vorm van maatschappelijk - scouting' (sm-sc);
en de daarbij behorende:
  1. groen- en speelvoorzieningen;
  2. toegangswegen, tuinen, erven en verhardingen;
  3. voorzieningen voor het ontvangen, vasthouden (infiltreren), bergen en afvoeren van hemelwater;
  4. parkeervoorzieningen.
9.2 Bouwregels
9.2.1 Algemeen
 
Op de voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden mogen uitsluitend worden gebouwd:
  1. hoofdgebouwen, geen woning zijnde, ten behoeve van het in de aanhef toegestane gebruik;
  2. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
9.2.2 Regels met betrekking tot gebouwen
 
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
  1. gebouwen mogen uitsluitend worden gebouwd binnen het op de illustratie aangegeven 'bouwvlak';
  2. het maximale bebouwingspercentage mag niet meer bedragen dan ter plaatse van het besluitsubvlak 'maximale bouwhoogte (m) en maximum bebouwingspercentage (%)' is aangegeven;
  3. de maximale bouwhoogte mag niet meer bedragen dan ter plaatse van het besluitsubvlak 'maximale bouwhoogte (m) en maximum bebouwingspercentage (%)' is aangegeven.
9.2.3 Regels met betrekking tot bouwwerken, geen gebouwen zijnde
 
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:
  1. bouwwerken, geen gebouwen zijnde mogen zowel binnen als buiten het op de illustratie aangegeven bouwvlak worden gerealiseerd;
  2. de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag maximaal 3,00 meter bedragen, met uitzondering van:
    1. erfafscheidingen, waarvan de hoogte voor de voorgevel van het hoofdgebouw of de in het verlengde daarvan getrokken denkbeeldige lijn maximaal 1,00 meter en achter de voorgevel van het hoofdgebouw of de in het verlengde daarvan getrokken denkbeeldige lijn maximaal 2,00 meter mag bedragen met inachtneming van een afstand van minimaal 1,00 meter van het openbaar toegankelijk gebied;
    2. voorzieningen ten behoeve van reclameuitingen, waarvan de bouwhoogte maximaal 6,00 meter mag bedragen;
    3. speelvoorzieningen, waarvan de bouwhoogte maximaal 5,00 meter mag bedragen;
    4. voorzieningen voor de openbare verlichting, waarvan de hoogte maximaal 8,00 meter mag bedragen;
    5. antennemasten, uitsluitend ter plaatse van het op de illustratie aangegeven besluitsubvlak 'antennemast' [am], waarvan de hoogte maximaal 30 meter mag bedragen.
9.3 Nadere eisen
9.3.1 Algemeen
 
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen ten aanzien van:
  1. de situering en de afmetingen van de hoofdgebouwen en bijgebouwen;
  2. de situering en de afmetingen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
9.3.2 Voorwaarden stellen nadere eisen
 
De nadere eisen mogen uitsluitend worden gesteld:
  1. indien dit noodzakelijk is ter waarborging van de ruimtelijke kwaliteit en het stedenbouwkundig beeld, dan wel indien dit noodzakelijk is voor een verantwoorde stedenbouwkundige inpassing in de bestaande bebouwing;
  2. ter voorkoming van een onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken.
9.4 Afwijken van de bouwregels
 
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het in artikel 9 lid 2.3 bepaalde voor de bouw van een erfafscheiding met een bouwhoogte tot maximaal 3,00 meter, mits:
  1. dit voor de bedrijfsvoering noodzakelijk is;
  2. de belangen van derden niet onevenredig worden geschaad;
  3. aan het stedenbouwkundig beeld en aan de ruimtelijke kwaliteit ter plaatse geen afbreuk wordt gedaan.
9.5 Specifieke gebruiksregels
9.5.1 Parkeernormen
 
Bij de realisering van nieuwe dan wel uitbreiding van bestaande (deel)functies passend binnen de regels van deze bestemming zijn, ten aanzien van de noodzakelijke parkeervoorzieningen, de normen zoals opgenomen in bijlage 1 bij deze regels: 'Parkeernota Landgraaf 2008, d.d. 4 december 2007' van toepassing.